Nederlandse synoniemen voor zwelling
Ander woord voor zwelling?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als zwelling in het Nederlands.
zwelling de ~ (bobbel)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
bobbel
de ~
buil
de ~
bult
de ~
opzetting
de ~
pukkel
de ~
zwelling de ~ (bobbel)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
bobbel
de ~
buil
de ~
bult
de ~
dikte
de ~
steenpuist
de ~
Recent opgevraagde synoniemen in NL
zeer ergerlijk
-
aansprakelijk
-
astronomie
-
richtlijn
-
hulponderwijzer
-
hardvallen
-
draad
-
onberoerd
-
besteden
-
provisorisch
-
opbrengst
-
soldeersel
-
meteoroloog
-
langzaam drinken
-
huichelaars
-
randgemeente
-
stokdoof
-
veronderstellen te zijn
-
aanvangen
-
stakkerig
-
halskuiltje
-
godsdienstwaanzin
-
beangstigen
-
rijksbelasting
-
grafgewelf