Vertaling minst van Nederlands naar Spaans

minstrelen - allerminst - op zn minst - op zijn minst - minste - minstens

zerk - flesopener - winkelwagentje - loodvergiftiging - ivoren - mijnen - adremheid - junior - nawerken van geneesmiddelen - gemeentegeld - lathyrus - dwars oversteken - iemand die uitneemt - rouwkamer - woestijnplant - zindelijkheid - het gevoel krijgen - schoenriemen - misleiders - bedrijven - kroontjespen - gelei - bodemoppervlakte - ballotage - hard drug