Nederlandse synoniemen voor engels
Ander woord voor engels?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als engels in het Nederlands.
engels
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met engels
steenkolenengels
-
kaasstengels
-
zwengels
-
rietstengels
-
schoolengels
-
Engelsman
-
bengels
-
stengels
-
Engels
Recent opgevraagde synoniemen in NL
opstapje
-
miniem
-
gezaghebbenden
-
ambtsperiode
-
tussenkomen
-
identiteitsbewijzen
-
vlotter
-
zelfvertrouwen
-
grauw
-
juwelierswerk
-
oriƫntatie op
-
schrijfbureau
-
laatst
-
aanroepen
-
invrijheidstellen
-
binding
-
settelen
-
lijkwit
-
proleet
-
heiligmakend
-
gezegend
-
luchtverversing
-
katoenfabriek
-
hagel
-
branche