Nederlandse synoniemen voor onmogelijkheid
Ander woord voor onmogelijkheid?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als onmogelijkheid in het Nederlands.
onmogelijkheid de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
invalster
-
onweer
-
weekeindhuisje
-
leslokaal
-
geboorteland
-
armzalig
-
gereedheid
-
bengels
-
handelsreiziger
-
haasten
-
kleinste
-
homoseksualiteit
-
ahimsa
-
eigenzinnig
-
slingering
-
bij het hoofdfeit komende
-
onhelder
-
blinkend
-
poppenkast
-
brandmerken
-
lawaaierig
-
gelasten
-
vlerkprauw
-
afgeschreven zijn
-
bries