Nederlandse synoniemen voor partner
Ander woord voor partner?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als partner in het Nederlands.
partner de ~ (zakenpartner)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
zakenpartner
de ~
compagnon
de ~
deelgenoot
de ~
vennoot
de ~
partner de ~ (medestrijder)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
medestrijder
de ~
bondgenoot
de ~
medestander
de ~
partner de ~ (echtgenoot)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
echtgenoot
de ~
eega
de ~
levensgezel
de ~
levenspartner
de ~
man
de ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met partner
Recent opgevraagde synoniemen in NL
derailleren
-
voorbijganger
-
liefheid
-
voortspruiten
-
werpen
-
intocht
-
S.O.S.
-
zich aanpassen
-
steunpilaren
-
hoofdtooi
-
basisfout
-
dadelpalm
-
luchtacrobatiek
-
rechtsomkeert maken
-
intrede
-
dateren
-
lichtsterkte
-
aansporen
-
verslappen
-
zeepwater
-
tintelen
-
halfjes
-
voorkant
-
bereidwillig
-
coupon