Nederlandse synoniemen voor vis
Ander woord voor vis?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als vis in het Nederlands.
vis de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met vis
visfuik
-
viskom
-
visplaat
-
vishengel
-
vispâté
-
visvangst
-
visfilet
-
visachtig
-
vishal
-
vishandel
-
visplaats
-
visvijver
-
visakte
-
vismaal
-
zwaardvis
-
visum
-
visrijk
-
visrijkdom
-
tandwalvis
-
potvis
-
visstand
-
visioenen
-
vissnoeren
-
visgrond
-
visblaas
Recent opgevraagde synoniemen in NL
doopmoeder
-
in vervoering brengen
-
sarcasme
-
speelkameraad
-
verwoesten
-
repeteren
-
schutterig
-
uitwijken
-
onbetaald
-
windvaantje
-
een schikking treffen
-
dichtbijten
-
zaagfabriek
-
pyrotechnicus
-
egoïstisch
-
rugwaarts
-
naarstig
-
achterste
-
levensopvatting
-
ton
-
besmeurd
-
hobbeligheid
-
pijn in de buik
-
middelmatig
-
aanslingeren