1. Home
  2. Vertalen
  3. ES
  4. NL
  5. alzar

Vertaling alzar van Spaans naar Nederlands

Wat is alzar in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van alzar van ES naar NL.

alzar el ~ (levantar)
[zelfstandig naamwoord]
omhoog steken
opsteken
alzar el ~ (levantar)
[werkwoord]
verhelpen
alzar el ~ (elevar)
[werkwoord]
omhoog heffen
heffen
hijsen
opheffen
alzar el ~ (elevar)
[werkwoord]
omhoog doen
heffen
alzar el ~ (elevar)
[werkwoord]
hoger maken
verhogen de ~
alzar el ~ (levantar)
[werkwoord]
optillen
heffen
lichten de ~
omhoog brengen
omhoogheffen
opheffen
tillen
alzar el ~ (subir a fuerza de rodar)
[werkwoord]
omhoogdraaien
hoger draaien
opdraaien
alzar el ~ (levantar)
[werkwoord]
naar boven tillen
omhoogheffen
alzar el ~ (incluir)
[werkwoord]
bijdoen
bijsluiten
bijvoegen
erbij voegen
toevoegen
alzar el ~ (levantar a tiros)
[werkwoord]
omhoogrukken
alzar el ~ (levantarse)
[werkwoord]
omhoogrijzen
oprijzen
rijzen
alzar el ~ (levantar)
[werkwoord]
buslichten
lichten de ~
alzar el ~ (destronar)
[werkwoord]
verneuken
alzar el ~ (encender un sigarrillo)
[werkwoord]
sigaret opsteken
aansteken
opsteken
alzar el ~ (restaurar)
[werkwoord]
restaureren
alzar el ~ (renovar)
[werkwoord]
renoveren
hernieuwen
herstellen
verbeteren
vernieuwen
alzar el ~ (ascender)
[werkwoord]
opstijgen
omhoogkomen
opvliegen
alzar el ~ (beberse haciendo ruido)
[werkwoord]
opslorpen
absorberen
opnemen
opslurpen
alzar el ~ (bordear)
[werkwoord]
omranden
afzetten
alzar el ~ (levantar)
[werkwoord]
omhoogtillen
alzar el ~ (timar)
[werkwoord]
neppen
alzar el ~ (clarear)
[werkwoord]
lichter worden van kleur
oplichten
alzar el ~ (enlucir)
[werkwoord]
doen ontvlammen
aansteken
aanstrijken
alzar el ~ (cobrar)
[werkwoord]
casseren
alzar el ~ (acotar)
[werkwoord]
afpalen
afbakenen
afzetten
begrenzen
omlijnen
alzar el ~ (aprender)
[werkwoord]
aanleren
eigen maken
leren de ~
oppikken
opsteken
verwerven
alzar el ~ (alzarse)
[werkwoord]
omhoogsteken
in de hoogte steken
alzar el ~ (comenzar)
[werkwoord]
in de fik steken
aansteken

Woorden die beginnen of eindigen met alzar

alzar el vuelo - realzar - alzar la vista - alzar la mirada - ensalzar - calzar - alzar la mano - alzarse

Recente vertalingen van ES naar NL

asignado metálico - reloj que hace tic-tac - piloto en practicas - obras - coger las de Villadiego - solidaridad profesional - rendir - agente comercial - celebrar una conferencia - madurado - yuntas - daño - descifradores - año de luto - sin pintar - salvoconducto - animal de sacrificio - nafta - cargo de mando - huesos - órgano sexual - quedar mal - mapa topográfico - espuela - en breve
Reinier Korth - Freelance Web Developer