Vertaling bouw van Nederlands naar Duits
Wat is bouw in het Duits?
Hieronder vind je de vertaling van bouw van NL naar DE.
bouw de ~
(opbouw)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Aufbau
der ~
Bau
der ~
Bauart
die ~
Erbauung
die ~
Errichtung
die ~
Konstruktion
die ~
Struktur
die ~
Zusammensetzung
die ~
innere Aufbau
der ~
Woorden die beginnen of eindigen met bouw
bouwprogramma
-
revolutiebouw
-
bouwbedrijf
-
bouwwerk
-
bouwkunst
-
bouwvalligheid
-
bouwplannen
-
bouwkundig
-
karbouw
-
rijstbouw
-
bouwwerkzaamheden
-
bouwproject
-
veilinggebouw
-
nieuwbouw
-
bouwsel
-
bijgebouw
-
aanbouw
-
glazen uitbouw
-
bouwmaatschappij
-
bosbouw
-
bouwfonds
-
torenbouw
-
bouwdoos
-
bouw- en woningdiensten
-
bouwmaterialen
Recente vertalingen van NL naar DE
onbehaard
-
autosloperij
-
aardbeving
-
bazelen
-
machinepark
-
aaneen
-
slotrijm
-
versnellingsbak
-
aardigheidje
-
rechterlijk
-
schokhandgranaat
-
staartwielen
-
afbeuken
-
reuzin
-
broddelwerk
-
hondsdraf
-
tang om iets te buigen
-
rasvooroordeel
-
landbouwconsulent
-
infuus
-
computer
-
verbod
-
tartend
-
westwaarts
-
bereiden