1. Home
  2. Vertalen
  3. ES
  4. NL
  5. dañar

Vertaling dañar van Spaans naar Nederlands

Wat is dañar in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van dañar van ES naar NL.

dañar el ~ (herir)
[zelfstandig naamwoord]
beschadigen
kwetsen de ~
dañar el ~ (causar perjuicio)
[werkwoord]
schaden
beschadigen
dañar el ~ (abastecerse de)
[werkwoord]
beschadigen
aantasten
aanvreten
bederven
dañar el ~ (hacer daño)
[werkwoord]
benadelen
nadeel berokkenen
dañar el ~ (afectar)
[werkwoord]
afbreuk doen aan
benadelen
schaden
dañar el ~ (herir)
[werkwoord]
verwonden
bezeren
blesseren
kwetsen de ~
schaden
dañar el ~ (causar perjuicio)
[werkwoord]
nadelig zijn
kwaad doen
schaden
dañar el ~ (calumniar)
[werkwoord]
lasteren
belasteren
kwaadspreken
smaden
dañar el ~ (contusionar)
[werkwoord]
kwetsen de ~
krenken
dañar el ~ (romper)
[werkwoord]
kapotmaken
moeren
mollen
dañar el ~ (maltratar)
[werkwoord]
in elkaar slaan
toetakelen
dañar el ~ (agraviar)
[werkwoord]
grieven
krenken
kwetsen de ~
pijn doen
zeer doen
dañar el ~ (causar perjuicio)
[werkwoord]
eer door het slijk halen
aantasten
bezoedelen
dañar el ~ (perjudicar)
[werkwoord]
deren

Woorden die beginnen of eindigen met dañar

dañarse

Recente vertalingen van ES naar NL

retentiva - óxido carbónico - limitar - envuelto - Papá Noel - alisar - mercado anual - camillero - moralidad - bosta - discutir - germano - azul grisáceo - ilusión optica - variable - asado de cordero - desfachatez - marca de cuadernillo - estar en un error - investigaciones - residencia - manosear - ingresado en un hospital psiquiátrico - torreta - cochecito
Reinier Korth - Freelance Web Developer