Vertaling Fahrt van Duits naar Nederlands
Wat is Fahrt in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Fahrt van DE naar NL.
Fahrt die ~
(Fußwanderung)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
reis
de ~
expeditie
de ~
mars
de ~
rit
de ~
tocht
de ~
toer
de ~
trektocht
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met Fahrt
Christie Himmelfahrt
-
Ausfahrt
-
Heimfahrt
-
Irrfahrt
-
Spazierfahrt
-
Sternfahrt
-
Überfahrt
-
Wanderfahrt
-
Schiffahrt
-
Seefahrt
-
Höllenfahrt
-
Schleppschiffahrt
-
Rückfahrt
-
Rundfahrt
-
Kreuzfahrt
-
Busfahrt
-
Zugfahrt
-
Bootsfahrt
-
Spritzfahrt
-
Probefahrt
-
Seeschiffahrt
-
Segelfahrt
-
Gondelfahrt
-
Einfahrt
-
Vergnügungsfahrt
Recente vertalingen van DE naar NL
Zentrum eines Sturmes
-
Zackenrand
-
Anschauung
-
Lohnsklave
-
abwischen
-
neugebacken
-
Ladenbestand
-
auseinander wachsen
-
Endergebnis
-
Baufirma
-
jemanden erdrosseln
-
verstohlener Blick
-
Handschelle
-
Staatssekretär
-
Arbeitsunterbrechung
-
negieren
-
Klima
-
Störche
-
Schaffen
-
Willkommen
-
folgewidrig
-
Schaamgegend
-
piepsen
-
rechtsfähig
-
Kipplader