Vertaling jagerslatijn van Nederlands naar Duits

doorgaan - egyptoloog - breekbaarheid - zuiderbreedte - halfzacht - alumnus - schietschijf - koeliewerk - knorrigheid - laatbloeiend - paraplu - ingelegd - roodkoper - loodlijn - berenmuts - runderlapje - hutbewoner - schade toebrengen - vriespunt - bandzaag - bontkraag - per omgaande post - benoeming - uitschenken - sinaasappelschil