Vertaling overheen gaan van Nederlands naar Zweeds

geradbraakt - landbouwmachine - topografisch - vergaren - boerenleenbank - ooievaars - tongetje - kliek - clitoris - nationalist - afkopen - stengelblad - geweer laden - matsen - maximum - heraldiek - zelfbeheersing - geslachtsregisters - voetstuk - huppelend - spinnenkop - synchroon zijn - van zegel voorzien - niet vast - stofmantel