Vertaling pouvoir van Frans naar Nederlands

Wat is pouvoir in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van pouvoir van FR naar NL.

pouvoir le ~ (autorité)
[zelfstandig naamwoord]
voogdij de ~
pouvoir le ~
pouvoir le ~ (mandat)
[zelfstandig naamwoord]
mandaat het ~
licentie de ~
procuratie de ~
vergunning de ~
volmacht de ~
pouvoir le ~ (force)
[zelfstandig naamwoord]
kracht de ~
macht de ~
vermogen het ~
pouvoir le ~ (domination)
[zelfstandig naamwoord]
autoriteit de ~
gezag het ~
macht de ~
pouvoir le ~ (autorités)
[zelfstandig naamwoord]
gezag het ~
pouvoir le ~ (autorité)
[zelfstandig naamwoord]
gezag het ~
macht de ~
pouvoir le ~ (autorité)
[zelfstandig naamwoord]
pouvoir le ~ (avoir la permission)
[werkwoord]
pouvoir le ~ (être capable de)
[werkwoord]
vermogen het ~

Woorden die beginnen of eindigen met pouvoir

Recente vertalingen van FR naar NL