Vertaling season van Engels naar Nederlands

Wat is season in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van season van EN naar NL.

season the ~ (period of the year)
[zelfstandig naamwoord]
jaargetijde het ~
seizoen het ~
season the ~ (marinade)
[werkwoord]
season the ~ (add spice to)
[werkwoord]
kruiden de ~

Woorden die beginnen of eindigen met season

Recente vertalingen van EN naar NL