Vertaling Zwiespältigkeit van Duits naar Nederlands
Wat is Zwiespältigkeit in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Zwiespältigkeit van DE naar NL.
Zwiespältigkeit die ~
(Uneinigkeit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
tweespalt
de ~
gespletenheid
de ~
tweedracht
de ~
verdeeldheid
de ~
Zwiespältigkeit die ~
(Uneinigkeit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
tweedracht
de ~
conflict
het ~
disharmonie
de ~
onenigheid
de ~
scheuring
de ~
schisma
het ~
tweespalt
de ~
tweestrijd
de ~
twist
de ~
verdeeldheid
de ~
vete
de ~
Recente vertalingen van DE naar NL
Slangenhaut
-
Korpsgeist
-
Sämischleder
-
Baufall
-
obige
-
Geselligkeit
-
Mädchenstift
-
Adresse
-
Lohntüte
-
wiederaufnehmen
-
Arrivieren
-
Schleusenwerk
-
Angeben
-
stahlhart
-
anschlagen
-
polstern
-
herzerwärmend
-
solang
-
erfinderisch
-
Konsumgesellschaft
-
streng
-
Physiotherapeut
-
Aufschwung
-
Hochzeit
-
Geistesstörung